dinsdag 5 oktober 2010

Drek van de buren onder mijn tuin

Een stukje uit een hoofdstuk uit mijn boek over Egypte:

Zeven keer heb ik geprobeerd gras te laten groeien in de achtertuin. Een keer hebben we er plaggen in laten leggen. Alle keren verdorde het gras. Niet vreemd eigenlijk, aangezien we twee grote mangobomen in de tuin hebben die alle zonlicht wegnemen. Ik heb de tuin uiteindelijk helemaal laten betegelen. Ik voelde me wel een verliezer, daar ging mijn wens om het gebrek aan natuur in Egypte eigenhandig op te lossen. Wel hebben we veel bomen en struiken geplant, en die groeien razendsnel. Misschien omdat ze hun voedsel aan de rijke grond van Egypte onttrekken, en hun wortels tot in het gezegende grondwater van de Nijl reiken?

Misschien groeien de planten en bomen in de tuin ook wel goed vanwege de voortreffelijke bemesting. Op zekere dag stonden de buren uit het flatgebouwtje achter onze tuin, boos aan de voordeur. ‘De straat loopt helemaal vol door jullie riool!’ schreeuwden ze. Inderdaad was de smalle straat naast ons huis, die toegang gaf tot het flatje achter ons, beslist onfris. Er stonden enorme plassen bruine smurrie en de geur maakte duidelijk dat het geen chocolademelk was. Dus werd de gemeentereiniging erbij gehaald. En wat bleek? Onder onze tuin die zo keurig betegeld was, zat een enorme septische tank, waar zich jarenlang menselijke drek had verzameld. En enige onderzoek bewees, dat het enkel om de drek van de klagende flatbewoners ging. Wat voelden wij ons gerechtvaardigd... En de flatbewoners hebben hun gebouw snel op het riool laten aansluiten, nadat ze eerst onze septische tank hebben laten ontdoen van alle historische drek.

Dat straatje naar onze achterburen was trouwens een bron van grote irritatie van onze huisbaas. ‘Ze hebben het recht van overpad, maar ze hebben een meter meer genomen dan ze mochten. Wil jij geen hek plaatsen dat die meter weer terugneemt?’ Ik maakte Mr Ismail goed duidelijk dat ik niet van plan was de boosheid van de buren over me heen te halen. Hij had soms de meest verrassende ideeën die beter voor hem en minder goed voor ons waren. Zo ontdekte ik een keer, dat hij een waterleiding had laten aanleggen voor zijn bowaab, Moesa, door die van de waterleiding in mijn tuin af te tappen. Dan konden wij mooi de rekening betalen! Dat niet alleen, erger was dat de waterdruk in ons huis soms zo laag was dat de geiser niet aansloeg zodat ik me ook nog koud kon douchen. Welaan, ik wilde graag een zegen zijn voor de volken, maar ik vond dat Ismail best zelf voor zijn eigen water kon zorgen. Ik heb de aansluiting dus vakkundig verwijderd. Iets soortgelijks ontdekte ik later ook ten aanzien van de elektra; om de lampen bij de schuur waar Moesa woont niet zelf te hoeven betalen, had Ismail de elektra daarvoor van mij afgetapt. Ook in dit geval trad ik adequaat op.

1 opmerking:

Anoniem zei

he Jos,
Is vriend Ismail nog steeds alive and kicking? Groet hem hartelijk als je hem weer eens ziet!
wimco