zaterdag 30 november 2013

Eten, drinken en vrolijk zijn

Als onze Heer het over de toekomst heeft, waarschuwt hij zijn volgelingen dat Hij op zekere dag terugkomt, en dat mensen tot op de laatste nipper bezig zullen zijn met eten, drinken, trouwen en ten huwelijk geven. Zo was het ook in de dagen van Noach, toen plots de grote vloed kwam. (Mt 24:38)

Foute boel dus, dat gewone leven van eten en trouwen en al dat soort alledaagse bezigheden. Met het oog op de komst van de Heer moeten we uitstijgen boven de middelmaat.  Het is niet goed om je leven met gewone dingen bezig te zijn.

Ja, dat zou je op het eerste oog denken, maar Jezus legt vervolgens uit, dat twee mensen op de akker werken, en dat een van hen zijn eigendom zal zijn.  En twee vrouwen zijn graan aan het malen met hun molen, en de een zal worden afgewezen, de ander aangenomen door onze Heer. (Mt 24:40-41)

Gelovigen zijn dus tot op de laatste nipper bezig met alledaagse zaken.  En dat is goed.  God roept ons om te eten, te drinken, om vrolijk te zijn, om te trouwen, te feesten, te werken, te ontspannen, een ommetje te lopen, een briefje te schrijven aan je kinderen, naar een voetbalwedstrijd te kijken.  En terwijl we met die alledaagse dingen bingen zijn, komt de Heer en Hij neemt ons aan.

Juist de alledaagse dingen van het leven zijn de arena waar we God dienen.   Jezus roept ons op om waakzaam te zijn, maar dat betekent dus niet dat we niet op de akker werken, of dat we geen graan zouden malen.  Werk, en de huishouding, zijn de arena.

Waakzaamheid is niet dat we buitengewone dingen gaan doen, maar dat we temidden van onze alledaagse bezigheden, het oog op onze Heer gericht houden.  Hij verwacht van ons geen buitengewone acties, maar dat we buitengewone mensen zijn, die met onze liefde voor God en onze naaste, glans geven aan het dagelijks leven.


vrijdag 8 november 2013

ikonen in de kerk

De afgelopen weken werkte ik aan een artikel over Iconen in de Kerk.  Ik deed dat met nogal wat gebruik van wat St John of Damascus over iconen schreef, in de tijd dat daarover in de kerk werd gestreden. >> Hier mijn hele artikel als pdf.  En voel je helemaal vrij om commentaar te leveren daar word ik alleen maar beter van :-)

maandag 4 november 2013

Refoweb, Ds Jannes Hoekman (Urk), en Apostolische Successie


Op refoweb, een vraagbaak voor iedere naar waarheid zoekende refo, kwam ik deze week een vraag-en-antwoord tegen over apostolische successie. Hier het bewijs.

De vraag luidde: “Waarom geloven de meeste protestanten niet in de apostolische successie en het bestaan van de Traditie? De vroege Kerk verkondigde beide leerstellingen vrij eenduidig, of heb ik dat mis? Zouden wij niet hen, bijvoorbeeld Ignatius van Antiochië, niet moeten geloven omdat zij veel dichter bij de apostelen leefden, misschien zelfs nog gekend hadden?”

Ds. Jannes Hoekman van de Ark op Urk geeft het antwoord. Ik laat een paar zaken maar weg voor de helderheid, en de nummering is van mijzelf. Hoekman dus: 
1) […] De leerstellingen van de successie ontstonden ook weer vanuit allerlei kerkpolitieke motieven, waarbij de staat zich (nadat de christenvervolgingen ophielden) met de kerk verbond. En dus praten we over een groot machtssysteem. Mensenwerk!

2) En de rekening werd vanaf dat moment betaald door Gods oogappel: Israël. Diezelfde Oude Kerk heeft wel meer teweeggebracht waarvan de vruchten wrang zijn. [….] Zo werden alle OT-ische profetieën geestelijk uitgelegd. Dat heeft naar mijn mening het antisemitisme behoorlijk versterkt, zo niet teweeggebracht. Israël had afgedaan als volk en de kerk was nu het nieuwe Israël geworden (vervangingstheologie)! 



3) Ik geef deze voorbeelden om aan te tonen, dat diegenen die er dichterbij stonden niet noodzakelijk ook de dingen goed interpreteerden. Wij staan naar mijn mening juist ‘objectiever’ (minder direct betrokken) op afstand en er is zeker ook voortschrijdend inzicht en ontwikkeling van methoden/wetenschap/middelen.[…]

4) Ik hoop dat u deze dingen in uw gedachten meeneemt en dat dichterbij ook vaak betekent: onvoldoende afstand/minder objectief/contextgevoelig.

De vraagsteller noemde Ignatius van Antiochie, en het was handig geweest als Hoekman daar enige notie van had genomen. Ik zou nog 20 jaar teruggaan in de tijd, naar Clemens van Rome (ca 95 na Chr). Die schreef in I Clemens 42: 
De apostelen ontvingen het evangelie voor ons van Jezus Christus, en Jezus de Christus werd door God gezonden. Dus Christus is van God, en de apostelen zijn van Christus; beiden kwamen ze in de juiste (volg)orde door de wil van God. […] En terwijl [de apostelen] van land tot land en van stad tot stad preekten, stelden ze hun eerste bekeerlingen aan […] om episkopoi [opzieners of bisschoppen] en diakenen te zijn van de toekomstige gelovigen. 

Interessant is dat Clemens het nodig vindt om aan te tonen dat de instelling van bisschoppen en diakenen geen vernieuwing was, maar iets wat al eerder in de Schriften was aangekondigd. Er waren blijkbaar gemeenteleden die beweerden dat het nieuw was - vergeleken met de allereerste gemeenten wellicht?  In I Clemens 44 zegt Clemens:
En onze apostelen wisten door onze Heer Jezus Christus dat er strijd zou komen over de titel van episkopos. Daarom, omdat hen volledige voorkennis was gegeven, hebben ze hen aangesteld die ik hiervoor noemde, en daarna hebben ze de opdracht toegevoegd, dat als die zouden overlijden, andere bekwame mannen hen in hun bediening zouden opvolgen. 

Waar haalt Hoekman de suggestie vandaan dat de apostolische successie pas drie eeuwen later zou zijn bedacht? En hoezo is dat een groot machtssysteem? Mensenwerk? Hoekman toont niet aan dat apostolische successie een laat verschijnsel is en negeert de vraagsteller, maar weet wel dat het om macht en mensenwerk gaat. Dat lijkt me een voorbarige conclusie als je de waarheidsvraag gewoon negeert.  Komop broeder Hoekman, lees de kerkgeschiedenis nog eens, en dan niet uw anti-Roomse bril op.  De Koptisch Orthodoxe Kerk en de Nestoriaanse Kerk en alle niet-Roomse kerken van de eerste eeuwen geloven ook in apostolische successie.  Dat idee heeft niks te maken met de kerk die zich met de staatsmacht verzoende.  Het is een geloof dat teruggaat op de apostelen...  

En hoe toont Hoekman aan dat we in wezen de theologen van de oude kerk terzijde kunnen laten liggen? Omdat ze niet dezelfde christen-zionistische opvatting hadden als hijzelf. Dat is zijn eerste en scherpste argument.  Nu is dat in Nederland een ijzersterk argument want niemand durft vervolgens meer iets te zeggen. Maar wellicht is het toch boeiend om te melden dat de leiders van de kerk van de eerste eeuw na het Nieuwe Testament natuurlijk wel vooral Joden en Jodengenoten waren. De groei van de kerk was aanvankelijk vooral een binnen-Joodse kwestie. Uit dat milieu stammen de theologen die het over apostolische successie hadden.

Wie dichterbij staat is vaak minder objectief? Wij zijn tegenwoordig meer objectief? De vroege kerk was meer contextgevoelig en wij zijn dat minder? Wat een eigenaardige argumenten om gewoon te omzeilen wat de vraagsteller haarfijn aangeeft: Als de oude kerk over apostolische successie en Traditie eenduidig dacht, waarom zijn wij daar dan van afgeweken? Hoekman geeft geen direct antwoord maar veegt de vraag van de tafel door gewoon te poneren: wij weten het beter. En dat vraag ik me dus af.  

Ik wil de vraagsteller bijvallen; als de oude kerk in de breedte van de kerk en vanaf het prille begin wezenlijk gelijk dacht over een kwestie, dan moeten wij vandaag de dag wel heel sterkte papieren hebben om nu anders te denken.  Het geloof van die oude kerk heeft het al 2000 jaar overleeft; wij die menen dat die lui ernaast zaten, moeten nog maar zien wat er van ons met onze opvattingen terecht komt.